Biceps, triceps, sets, oh jee! Als je niet zeker weet wat deze termen betekenen, ben je niet de enige! Dus je hoeft je nergens voor te schamen. Als iemand je nu vraagt of je even twee sets van 20 herhalingen van burpees wilt doen, weet je dat wat en hoe je dat moet doen?
Om je iets meer thuis te brengen in de fitness termen, hebben we een mini-fitness-woordenboek voor je gemaakt zodat als je in de sportschool komt je het allemaal beter begrijpt.
Fitness Jargon:
Rep/herhaling: Afkorting van repetitions in het Engels wat herhaling betekent in het Nederlands. Geeft aan hoe vaak je een oefening moet herhalen, van begin tot eind voor 1 oefening.
Set: Is in het Nederlands serie en is een verzameling van sets. In trainingsprogramma’s staat vaak “Squatten 3 x 10”, dit betekent dat je 3 sets van 10 reps moet squatten. Normaal gesproken neem je een rust moment tussen elke set.
Bi’s: staat voor biceps. Biceps, in het Nederlands ook wel de tweehoofdige bovenarmspier genoemd. De biceps worden vaak aangeduid als de spierballen en zijn het kenmerk van kracht.
Tri’s: Triceps oftewel de driehoofdige armstrekker. De spier ligt langs de achterzijde van de bovenarm.
Gluteus: Refereert naar de 3 soorten bilspieren.
Cardio: Cardio, betekend hart in het Grieks. Het woord cardio komt van het woord Kardia. Bij cardiotraining train je je hart. De training is er voor bedoelt om je algehele conditie te verbeteren. Je voert cardiotraining meestal uit op de cross-trainer, loopband, fiets of het roeiapparaat.
Circuit training: Bij een circuittraining train je je hele lichaam. Tijdens deze training voer je meerdere oefeningen uit voor het hele lichaam. Je werkt ook aan je conditie omdat je bijna geen rustmomenten inlast tijdens de verschillende oefeningen. Circuittraining heeft dus als doel om de kracht en het uithoudingsvermogen te vergroten.
HIIT (High Intensity Interval Training): De naam zegt het al, deze training is kort, intensief en het verhoogt je hartslag. Deze training wordt veel gebruikt bij en door mensen die willen afvallen.
TRX training: De TRX training voer je uit met de TRX band, lekker logisch. De oefeningen die je hiermee doet, doe je met je eigen lichaamsgewicht.
Burpee: De burpee is variatie op de squat waarbij je er nog een push up en een sprong aan de oefening toevoegt. Bij deze oefening, train je je hele lichaam.
BOSU: Die half ronde bal die je misschien al vaker in je sportschool hebt zien liggen. Het staat voor Both Sides Utilized. Hiermee train je voor een strakker lichaam, een beter evenwichtsgevoel en je kunt ook verschillende cardio oefeningen doen.
Bonus Anytime Fitness woorden
h2i: Staat voor “hired to inspire.” Dit is de manager in je lokale Anytime Fitness club.
o2i: Staat voor “owner to inspire.” Dit is de eigenaar van je lokale Anytime Fitness club.
Welke fitness termen ken jij nog meer?